
Voor veel beroepsschippers is het een grote angst: andere schepen die uit het zicht raken in de dode hoek. De dode hoek van een groot schip is het stuk voor de boeg dat vanuit de stuurhut niet te zien is.
In de regels staat beschreven dat de dode hoek van een schip 350 meter mag zijn. Dat is vergelijkbaar met de lengte van drie voetbalvelden. Onder bepaalde voorwaarden, zoals het gebruik van radar en camera-installaties, mag de dode hoek zelfs tot 500 meter lang zijn. (zie BPR-artikel 1.07).

Vuistregel
Voor een groot binnenvaartschip varen is dus hartstikke gevaarlijk, want je verdwijnt als het ware. Hoe weet je wanneer je genoeg afstand houdt? De vuistregel luidt:
Als jij de stuurhut kunt zien, dan kan de schipper jou ook zien.
Goed zicht
Hierbij is een goed zicht rondom essentieel. De snelheid van binnenvaartschepen ligt vaak hoger dan mensen verwachten. Kijk dus vaak achterom, zodat je weet wat er achter je gebeurt. Pas je koers en snelheid zo aan, dat je buiten de dode hoek blijft. En vaar zoveel mogelijk stuurboordwal.
Varen met de binnenvaart
Meer weten hoe je het beste kunt varen samen met de binnenvaart? Bekijk dan onderstaande video met de vijf tips van beroepsschipper en VDJS-ambassadeur Andries de Weerd.